Zoekresultaat

Vorige | Volgende
Fiscale wijzer

8.2.3 Hoogte bijtelling negatieve uitgaven en minimumwaarderingsregeling

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

De negatieve uitgaven worden voor de heffing van inkomstenbelasting in eerste instantie gesteld op de waarde in het economisch verkeer van de box 1-lijfrenteaanspraak, ook al zijn de betaalde bedragen niet afgetrokken. Het gaat dan om de waarde op het tijdstip dat onmiddellijk voorafgaat aan dat wa…

Fiscale wijzer

13.4.1 Kapitaalvrijstellingen bij partners

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

Sinds 2002 geldt in verband met verkrijgingen door echtgenoten en geregistreerde partners voor het successierecht een verhoogde kapitaalvrijstelling; voor 2009 beliep deze € 532.570. Andere ongehuwde partners kwamen, onder bepaalde voorwaarden, eveneens geheel of ten dele voor deze vrijstelling in …

Fiscale wijzer

8.4.7 Terugstorting te veel op box 1-lijfrente gestorte bedragen (tijdelijke regeling)

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

Het komt in de praktijk regelmatig voor dat er voor de door een polishouder op een box 1-lijfrente betaalde bedragen onvoldoende aftrekruimte bestaat en dat die bedragen ook niet (geheel) vallen binnen de beperkte saldomethode die sinds 1 januari 2010 van toepassing is (maximaal € 2.269 per jaar; z…

Fiscale wijzer

8.7.2 Tegenbewijsregeling revisierente

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

Soms kan de zogenoemde tegenbewijsregeling voor revisierente van artikel 30i, lid 3 AWR enig soelaas bieden. Als de lijfrenteaanspraak in box 1 namelijk minder dan tien jaar vóór het jaar van afkoop is bedongen, bestaat de mogelijkheid van tegenbewijs. De tegenbewijsregeling houdt het volgende in. …

Fiscale wijzer

11.1.1 Conserverende aanslag en uitstel van betaling

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

De negatieve uitgaven voor inkomensvoorzieningen worden bij emigratie aangemerkt als te conserveren inkomen. In verband hiermee wordt een conserverende aanslag opgelegd ( artikelen 2.8 en 2.9 Wet IB 2001). Zolang wordt voldaan aan de voorwaarden van artikel 25, lid 5 IW 1990 wordt voor deze aanslag…

Fiscale wijzer

1.1 Wat is een lijfrenteverzekering?

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

Een lijfrenteverzekering is een bijzondere vorm van een stamrecht. Het aantrekkelijke van een lijfrenteverzekering kan zijn dat met zo’n product fiscaal gefacilieerd kan worden gespaard voor de oude dag. Daarbij moet sinds 1 januari 2015 onderscheid worden gemaakt tussen de fiscale faciliteit voor …

Fiscale wijzer

4.4.5 Ontbrekende bancaire lijfrentevarianten

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

Met de Wet banksparen is niet meer voorzien in een gefacilieerde spaarvorm voor een overbruggingslijfrente, omdat de premies voor een dergelijke lijfrente sinds 1 januari 2006 niet meer aftrekbaar zijn. Onder bepaalde voorwaarden is het echter wel mogelijk een gewezen lijfrenteverzekering (van vóór…

Fiscale wijzer

1.10 Lijfrentedefinitie uitgebreid

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

Met ingang van 1 januari 2008 is de Wet banksparen in werking getreden en is de lijfrentedefinitie uitgebreid met lijfrentespaarproducten (zie artikel 1.7, lid 1, onderdeel b Wet IB 2001). Vanaf 1 januari 2008 vallen ook onder de lijfrentedefinitie een aanspraak op het tegoed van een lijfrentespaar…

Fiscale wijzer

13.8.3 Schenking onder voorwaarde

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

In de in 13.8.2 Fiscale wijzer Lijfrenteproducten 2019 geschetste situatie was sprake van een onvoorwaardelijk verkregen recht op de uitkering. Het komt ook regelmatig voor dat er aan de schenking (of gift) voorwaarden zijn verbonden. Er zijn twee soorten voorwaarden: opschortende en ontbindende. H…

Fiscale wijzer

8.10 Strijdige handelingen met nettolijfrente in box 3

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

Met ingang van 1 januari 2015 is een antimisbruikbepaling voor nettolijfrenten in box 3 opgenomen waarmee wordt beoogd te voorkomen dat de fiscale faciliteit van de nettolijfrente ten onrechte wordt gebruikt als vrijstelling in box 3. Ingevolge de in artikel 5.16c Wet IB 2001 opgenomen antimisbruik…

Vorige | Volgende