Zoekresultaat

Vorige | Volgende
Wettekst

Artikel 3.38. Terugnemen willekeurige afschrijving

01-01-2024 - Wet inkomstenbelasting 2001 - Hoofdstuk 3. Heffingsgrondslag bij werk en woning

Indien op een bedrijfsmiddel willekeurig is afgeschreven en op enig tijdstip binnen een bij ministeriële regeling te bepalen periode niet langer wordt voldaan aan de bij of krachtens de artikelen 3.31 en 3.34 gestelde voorwaarden met betrekking tot dat bedrijfsmiddel, wordt op dat tijdstip de boekw…

Wettekst

Artikel 3.10. Verliezen uit de aanloopfase van een onderneming

01-01-2024 - Wet inkomstenbelasting 2001 - Hoofdstuk 3. Heffingsgrondslag bij werk en woning

Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld volgens welke, onder te stellen voorwaarden, de ondernemer bij het bepalen van de winst de per saldo resterende kosten en lasten in aftrek kan brengen die zijn gemaakt in de vijf kalenderjaren die onmiddellijk voorafgaan aan het eerste kalender…

Wettekst

Artikel 3.119b. Beschikking eigenwoningreserve

01-01-2023 - Wet inkomstenbelasting 2001 - Hoofdstuk 3. Heffingsgrondslag bij werk en woning

1. De eigenwoningreserve kan naar de stand van het einde van een kalenderjaar, al dan niet op verzoek, door de inspecteur bij voor bezwaar vatbare beschikking worden vastgesteld. Indien er sprake is van een afname van de eigenwoningreserve als bedoeld in artikel 3.119aa, tweede lid, onderdeel b, wo…

Wettekst

Artikel 3.34. Willekeurige afschrijving andere aangewezen bedrijfsmiddelen

01-01-2024 - Wet inkomstenbelasting 2001 - Hoofdstuk 3. Heffingsgrondslag bij werk en woning

1. De aanschaffings- of voortbrengingskosten van bedrijfsmiddelen die door Onze Minister in overeenstemming met Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat bij ministeriële regeling zijn aangewezen (andere aangewezen bedrijfsmiddelen) kunnen door de belastingplichtige willekeurig worden afgeschr…

Wettekst

Artikel 4.10. Meetrekregeling

01-01-2024 - Wet inkomstenbelasting 2001 - Hoofdstuk 4. Heffingsgrondslag bij aanmerkelijk belang

De tot het vermogen van de belastingplichtige behorende aandelen in of winstbewijzen van een vennootschap waarin hij geen, maar zijn partner of een van de bloed- of aanverwanten in de rechte lijn van de belastingplichtige of zijn partner wel een aanmerkelijk belang heeft, behoren voor de belastingp…

Wettekst

Artikel 4.9. Meesleepregeling

01-01-2024 - Wet inkomstenbelasting 2001 - Hoofdstuk 4. Heffingsgrondslag bij aanmerkelijk belang

Indien een belastingplichtige een aanmerkelijk belang heeft in een vennootschap, behoren daartoe ook zijn overige aandelen in of winstbewijzen van die vennootschap.…

Vorige | Volgende