Zoekresultaat

Vorige | Volgende
Fiscale wijzer

5.4.1 Getalsmatig maximum aan aftrek ingevolge reserveringsruimte

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

Net als bij de formule van de jaarruimte is een van de elementen van de formule van de reserveringsruimte de premiegrondslag. Ingevolge de reserveringsruimte is maximaal 17% van de premiegrondslag aftrekbaar. Voor de berekening van het in artikel 3.127, lid 2 Wet IB 2001 genoemde maximum van 17% mo…

Fiscale wijzer

4.1 Historie en achtergrond bancaire lijfrenten

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

Al in de Belastingverkenning voor de 21ste eeuw zijn wensen geuit om de lijfrenteaftrek onder de zogenoemde oudedagsparaplu uit te breiden. In het verlengde daarvan is bij de Belastingherziening 2001 een motie aangenomen waarbij de regering is verzocht spoedig te komen met een notitie over de mogel…

Fiscale wijzer

11.1 Gevolgen van emigratie bij Brede Herwaarderings- en IB 2001-lijfrente

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

Op het moment dat een binnenlands belastingplichtige emigreert eindigt zijn binnenlandse belastingplicht. Als de emigrant in Nederland een lijfrente uit het Brede Herwaarderingstijdperk (1992–2000) of uit een latere periode bezit waarvoor hij premieaftrek heeft genoten, krijgt hij bij emigratie te …

Fiscale wijzer

8.4.4 Verbetering van pensioensituatie

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

Het achteraf verbeteren van de pensioensituatie van de belastingplichtige vormt in beginsel een (strijdige) handeling die tot bijtelling van negatieve uitgaven leidt (artikel 3.133, lid 2, onderdeel k Wet IB 2001). De maximale ruimte voor lijfrentepremieaftrek zoals berekend in het verleden wordt i…

Fiscale wijzer

1.6 Bij een levensverzekering betrokken partijen

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

Degene die een levensverzekering bedingt ('koopt') is de verzekeringnemer. Degene die de verplichting uit hoofde van de verzekering aangaat is de verzekeraar. Die is de wederpartij bij de overeenkomst die de verzekeringnemer afsluit. De overeenkomst is gebonden aan iemands leven of dood. Deze perso…

Fiscale wijzer

3.2.1 Maximum strekkend tot voorziening in het levensonderhoud

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

De premies worden betaald om een toekomstvoorziening op te bouwen voor geestelijk of lichamelijk gebrekkige kinderen die niet of slechts gedeeltelijk in staat zijn of zullen zijn in hun eigen levensonderhoud te voorzien. Dit brengt mee dat de lijfrente dient of kan dienen om te voorzien in het leve…

Fiscale wijzer

9.1.3 Inhouding bij afkoop van kleine box 1-lijfrenten

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

De afkoopsom van een kleine box 1-lijfrente (met een box 1-vormgeving) wordt met ingang van 1 januari 2009 aangemerkt als een termijn van lijfrente en wordt op gelijke wijze als de periodieke lijfrentetermijnen belast in box 1. Bij afkoop van een kleine box 1-lijfrente worden geen negatieve uitgave…

Fiscale wijzer

10.4 Brede Herwaarderingsregime (1992-2000)

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

De Brede Herwaarderingswetgeving bracht met ingang van 1 januari 1992 de nodige begrenzingen rond de lijfrentepremieaftrek met zich. De wetgever ging zwaardere voorwaarden stellen aan de aftrek van lijfrentepremies, omdat hij af wilde van het fiscaal zo gunstige systeem van de pre-Brede Herwaarderi…

Fiscale wijzer

8.7.1 Revisierente, 20% over waarde box 1-lijfrente

Fiscale wijzer Lijfrenteproducten - 01-01-2019

Ingeval de premies voor een box 1-lijfrenteverzekering dan wel de op een bancaire lijfrente ingelegde bedragen zijn afgetrokken, heeft de belastingplichtige in de afgelopen jaren feitelijk een rentevoordeel genoten. Bij een strijdige handeling, een handeling die de wetgever niet voor ogen heeft geh…

Vorige | Volgende